Yo Charley

 

Al weer een hele poos gelejen da'k wat heb kunnen neer krabbelen maar het vrouwtje is druk druk en nog eens druk

Of ze is aan 't werk, of ze zit met die naaldjes te tikken of ze is naar het klein vrouwke en dà klein mènneke waar binnenkort weer zo'n mensenkindje komt

En als mijn vrouwtje weg is staat haar letterblokjesmachien niet aan en ik weet nog steeds niet hoe ik dat ding aan het werk moet zien te krijgen.

Maar goed, nu heb ik de kans en die pak ik dan ook met twee pootjes tegelijk.

Ist daarboven nog een beetje uit te houden?? Of kom je nog weleens terug om je mama's te plagen.

 

'K hoorde wel dat mama Leny weer aan de sukkel is, als je haar nog eens opzoekt geef haar dan een heeeeeeele dikke knuff van mij en diejen Belg.

Sinds een aantal weken heb ik ne nieuwe buurman, ne Jack Russel. Da zegt me niet zoveel, maar ik heb hem al wel duidelijk gemaakt da'k ne zeer gerespecteerde buurtkater ben en gewoon in zijn tuin kom als ik dat wil. Vond ie nie leuk mar 'k heb hem ff geverteld dat ie het maar moet accepteren anders kan ie kennis maken met diejen Belg...........

.

Die bijt nog geen deuk in een pakkie boter maar dat weet die kleine keffert niet.

Onze nieuwe buuf heeft ook zzo'n mensenkindje maar daar blijf ik verre van, dat mensenkindje doet haar eigen poezenbeesten nog al eens pesten en daar hou ik niet van.

 

Afgelopen nacht heeft het hier behoorlijk ongeweert en daar houdt diejen Belg nie van, ik ben maar bij hem gaan liggen om te zorgen dat ie niet al te veel bang zou worden. Gelukkig kwam het baasje op tijd naar benejen en heeft hem meegenomen naar buiten en dan istie nie meer bang

.

Nou gozert, dat was het weer voor deze keer, ik ga nog ff pitten, ben ook niet meer van de jongste.

 

Pootje van Polleke en dieje Belg.

 

Ps. : diejen heeeeeele dikke knff nie vergeten!!!!!!!!!

 

          Gebons in de nacht.

 

Het katten duo Charley en Harry hebben het in de kattenhemel helemaal in de hand. Alles loopt zoals het lopen moet en dat is toch wel een beetje saai. Harry is op pad met een speciale taak en zal pas aan het eind van de dag terug komen. Verveeld trommelt Charley met zijn voorpootje op het bureaublad.

 

Volgens het werkschema moet er weer een ronde worden gelopen en dus gaat Charrebarretje op pad. Spiedend loopt hij door de winkelstraat en komt bij de visboer maar daar is niets te doen. Verderop is de slager en daar is het ook rustig en stil, er zijn zelfs geen lekkere geuren te ruiken. Aan de overkant blaft barhond Yvette en zij zwaait naar Charley.

Om de hoek is het hogegrasveldje waar Charley altijd zo lekker kan slapen en dromen. Hier hadden hij en Harry ooit een door Harry gejatte makreel rollebollend van plezier opgegeten, en ook het avontuur met het einde van de kattenhemel herinnert Charley zich. Languit laat hij zich omvallen en spint tussen de hoge grashalmen om dan lekker in slaap te vallen.

 

Als Charley wakker word moet hij zich eerst wassen, dat hoort nu eenmaal bij de katachtige.

Met grote halen likt en wast hij zijn zijkanten, vanaf zijn schouder tot aan zijn kont. Daarna zit hij dom voor zich uit te kijken en loopt dan weer terug naar de straat. Even bij de melkbar een watertje drinken en een praatje maken om dan weer op huis aan te gaan.

 

Er staat een bak verse knabbeltjes en een kom vers water, en ja: zelfs een heel klein schoteltje met slagroom staat er als extra’tje naast. Een feestmaal dus, en Charley eet zijn buikje vol.

Na het eten komt Harry binnen met een leeuwenhonger en valt meteen aan als of hij een week niet gegeten heeft. Daarna praten zij over en weer over deze dag en wordt alles eens goed besproken en overdacht.

 

Beide zijn moe en gaan daarom vanavond maar eens vroeg slapen. De lichtjes gaan uit en het duo slaapt al bijna als er hard op de deur wordt gebonsd. Verschrikt zitten Charley en Harry ineens rechtop en kijken elkaar aan.

“Ja, jij zit het dichtst bij de deur.” Zegt Harry en geeft daarmee aan dat Charley maar moet opendoen. Als Charley de deur openmaakt en slaperig vraagt wie daar midden in de nacht op de deur bonst ziet hij een grote kater met een witte jas aan en een band met een spiegeltje op zijn hoofd.
“Ik ben de tandartspolitie”. Zegt de kater “Ik kom controleren of jullie tandjes wel goed gepoetst zijn”.

Harry hoort dit en maakt zich zo klein mogelijk, en kruipt weg in de verste hoek onder het bed van Charley als de kater van de tandartspolitie het vertrek binnenkomt.

 

Maar daarover een volgende keer.

 

©Alley Cat.

 

DE KNUFFELS DIE IK ALTIJD DEELDE MET MIJN MAMMA.

 

Toen ik nog hier op aarde de boel onveilig maakte, Joop af en toe een knal voor zijn bolus gaf, of Riekie een sneer ( dat was zo een ouwe zeur van een poes) of Karel weer een mep verkocht, ja toen kreeg ik natuurlijk altijd op mijn sodelaterij van Leny, die vond dat allemaal niet nodig. 

"Je moet achter de vogels, bijen, wespe, spinnen en al die ongein aanhobbelen, maar niet doen alsof de hele tuin van jou is baassie!" Wat kon die tekeer gaan zeg, wat een doos met aardbeien was dat af een toe.

 

 Maar ik ook niet van de gekke natuurlijk, ging ik gelijk  naar mamma Claudy om te klagen en te snoezepoezelen, even lekker knuffelen, totdat Leny dat in de gaten kreeg en gelijk weer een foto maakte van dat gedoe. Dus die vrijpartijen om te slijmen kunnen me nu ook niet meer uit de brand helpen, aangezien ik niets van een filmrol vind in dat fliepsapparaat van Lena. Schijnt niet meer te bestaan. Hoe kom ik dan op die foto? Claudy vind dat gefoezel wel lekker hoor, die wil wel. Leny zegt dan altijd dat zij ook wel eens wil. Ja dag Leen, wat jij wil, gaan we gewoon vergeten vind je niet?

 

Nou ja, ik wilde dit toch wel even kwijt, want een kater hoort te knokken, maar aangezien er teveel visite in de tuin hier is heb ik het altijd best wel druk met meppen en krijsen, dus Leen is altijd in de buurt als ik in de tuin loop te zoeken naar knalvoer. Dan maar een vlinder misschien? O nee, dat mag dan weer niet van Leen, die ik maf van die vliegende kleurregenbogen. Nou zeg niet dat een kat het makkelijk heeft, want ga maar eens na, het een mag niet en het ander mag niet....

 

Dat word heel veel knuddelen met mamma Claudy.

 

 

 

 

 

 

 

Moet ik hier dus blij mee zijn? Ene Valentijn, die al bij de mensen woont, die mag van onze Lieve Heer ( de Big Boss) gezellig even komen kakelen over de mensheid, terwijl ik hier de boel moet blijven runnen. Ik mag af en toe naar mijn mamma's om even te jennen of te neuzen, maar die knakker ( schijnt nog ergens in de verte familie van mij te zijn ook) die mag als geesteskat zijn zegje doen over de mensheid. Nou ben benieuwd naar zijn leugens. Want ik ken de mens zo langzamerhand ook wel. Maar op de vraag of ik mocht kreeg ik een vriendelijk NEE want ik was hier onmisbaar voor het andere tuig.

 

Nou ja, ik accepteer het maar, doch ik hou die knakker wel in de gaten en mag hem ook op hete matje roepen ( dat wordt echt een groot tapijt hoor, geloof mij maar) als hij de boel loopt te belazeren. Hij is ook al bij Leny en Claudy geweest. Leny voelde iets aan haar ingepakte been, dat was zijn staart. Die knuppel mag zich niet eens laten voelen of zien. Dat wordt nog wat met meneer Valentijn, Harry, ikke en de tolk of de touwn ally cat, dat is ook zo een tokkeldoos. Die verlinkt toch al alles, dus nu moet ik even zorgen dat ik hem ook in de zak van mezelf kan krijgen. ( hé zak? heb ik die dan???) Nou ja, ik hou jullie op de hoogte van het reilen en zeilen hier op hemel en aarde. Wat een pokkezooi zal het worden hier zeg..Lijkt de aarde wel.

 

 

 =================================================================

 

Meer grasgeritsel en een nieuwe kater.

 

Even terug naar het vorige verhaal waarin Charley en Harry op onderzoek uitgingen om het mysterie van de dode muis te onderzoeken. Trouwe lezers herinneren zich zeker nog dat er ineens vanuit het niets een hun welbekende poes uit het hoge gras kwam en van schrik keken zij elkaar aan. Tot zover een terugblik en nu gaan wij verder met het avontuur. Lees mee en huiver …

Charley en Harry kijken verbaasd naar de poes die vlak voor hun neuzen uit het hoge gras komt, met een spartelende muis in haar mond. Het is niemand anders dan Minous die zich lam schrikt en pardoes de muis laat vallen. Muis maakt van de gelegenheid gebruik en rent weg het hoge gras in. Minous wordt meteen in de boeien geslagen en meegenomen naar de sheriff die haar gelijk in de cel gooit en de celdeur wel vier keer op slot draait.

Charley en Harry kijken nog even om naar poes en zij begint zielig te doen, zo van: “jongens jullie kennen mij toch? Het was toch ooit zo leuk met ons?”
Harry pakt Charley beet en sleurt hem mee, weg van die cel.
“Begin je nou weer te sjimpen?” Miauwt Harry. “Ik dacht dat Minous nu wel uit je hoofd was, maar nee dus.”
De sheriff bedankt ons duo dat zij deze zaak zo snel hebben opgelost en schud ze stevig de voorpootjes.

Dan is het nu tijd om de melkbar te bezoeken. Samen met de sheriff gaan zij naar binnen en nemen een verfrissinkje. Nog even nakaarten over wat er gebeurd is en dan blij zijn dat dit avontuur voorbij is. Barhond Yvette schenkt ze lachend nog een keer bij.

Omkijkend zien ze in de hoek een vreemde kater zitten, met een soort uniform aan.
“Weet jij wie dat is?” Vraagt Charley aan de sheriff die gelijk opstaat en op de kater afloopt.

“Wie ben jij?” Horen onze vrienden hem vragen.
“Ik ben van de tandartspolitie en ik kom hier bij iedereen controleren of de tandjes wel goed gepoetst zijn voor het slapen gaan.” Miauwt de kapsoneskater geaffecteerd.

Harry zet zijn glas neer, zakt ongemerkt van zijn stoel af op de grond en sluipt onhoorbaar uit de melkbar weg. Charley volgt hem niet veel later. Angstig kijken zij elkaar aan en lopen de drogist binnen om tandenborstels te kopen.
Dat er vanavond heftig tandjes gepoetst gaan worden hoeft hier verder geen betoog. Toch?

En voor alle lezers die een foto van mij, van Alley Cat, vragen zal ik er bij hoge uitzondering eentje plaatsen. Wel heb ik mij vermomd met een hoed anders herkend iedereen mij.