~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

PRATEN MET IEDEREEN EN ALLES..

Zit ik me daar een heel loggie over mezelf te tikken, niet dat ik zo belangrijk ben, maar toch, zie ik ineens dat alles pleitheine is....hab iech wieder....Kan daar zo de P over in krijgen, heb al heel veel moeite met woorden en als ik dan per ongeluk op de deleteknop druk ben ik boos op mezelf.

Scheld mezelf uit voor trut, klapkluns, ouwe trekdrop, noem het maar op. Zo zit ik in elkaar. Maar ineens besefte ik dat ik niet alleen bezig was hier op de pc. Er is nog iemand die meetikt, meeverzint.  Ben ik misschien schizofreen?? Dan ben ik in ieder geval nooit alleen.
Ik vraag mezelf ook altijd af, hoe is het mogelijk dat ik al die stukjes uit de blote bol schrijf??

Ik vraag me toch af, wie er soms in mij zit, ben ik alleen of zit er een ander in mijn hoofd die soms dingen doet of wil doen die ikzelf nooit zou doen!!! Snappu het nog??Ik even niet meer, maar dat mag de pret niet drukken hoor.  Ik heb ook altijd diverse accenten en stemmetjes, laat charley praten, laat zelfs een deurknop teksten verzinnen en soms is het zo erg dat de visite de deur opent met hun voet inplaats van hun hand aan de kruk. Zie allemaal vegen aan de onderkant van de kamerdeur...

Ik laat zelfs de planten praten, en geef ze antwoord terug. Dan krijg je zo een soort dialoog die ik bijvoorbeeld met Charley heb.

''Hé mam, wanneer krijg ik wat te bikkesementen?''
''Even wachten knul, je mama is even bezig."
''Hé ouwe taart, jij eet toch ook als je honger hebt, laat je ouwe kat dan niet wachten''  en prompt bijt meneer mij in de been of vinger, wel speels maar toch.

Ik denk dat deze kat niet tegen zwaar geprostituee kan.
Maar het leuke van die dialogen komt altijd nog...

Als ik vaak in zo'n idiote bui ben, laat ik alles lullen, van het theeglas (hé muts, wil je me even vullen, je meissie heb dorst)
''Ja effe wachte glassie, ik ben nu me de koffie bezig."
''Ik wil geen koffie in mijn glas maar thee, trut dat weet je toch."
''Ach hou je kanis stom glas dat je bent''  en dan gooi ik er lekker kokend hete thee in. Is het glas gelijk stil..

Maar het leuke is dat de mensen eromheen luisteren naar mijn dubbelgesprekken die ik dan voer, en geheid dat ze altijd antwoord geven op wie of wat ik ook verzin om een dialoog aan te gaan. Vandaar dat ik dus nooit alleen ben......Ik ben niet schizofreen, de mensen om mij heen sporen niet helemaal...Ha, zo ligt het dus.....En dat mensen alleen aan sex denken, daar heb ik gelukkig geen last van.

Er is laatst een scan van mijn hersenen gemaakt, en die mocht ik mee naar huis nemen.
Voor jullie plaats ik hem nu op het net....Lief hé van mezelf...ja ik ben aardig...

 

 ©leny kruis

1111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111111

FROGGIE

 

Een beetje troosteloos zat ik op het bankje in de tuin en volgde met mijn ogen een klein spinnetje dat als een speer heen en weer over de tegels rende. Charley onze kater had het diertje gelukkig nog niet gezien, anders was het eind van het  spinnetje in zicht.

Ik zette mijn koffie naast mij op het bankje en keek eens rond, de bloemen stonden prachtig, de vlinderboom was ook bezig met de knoppen eruit te persen, het leek overal in de tuin wel een bevallingsafdeling. Elke plant was bezig de knoppen open te persen in een warm flauw zonnetje dat voorzichtig door de lichte wolken naar beneden scheen. De warmte voelde prettig aan op mijn huid.

 

Ineens hoorde ik ergens naast mij bij onze vijver een stemmetje, een beetje pieperig ''Hé, pst, hallo, psst”. Verbaasd keek ik in het rond en toen weer naar de kant waar het geluid vandaan kwam. Ik zag niemand. Hoe kon het ook, Charley lag lekker onder de varen tegen de schutting aan te pitten en ik wist zeker dat ik alleen in mijn tuin zat.

 

''Hallo'', riep ik zachtjes voor mij uit ondertussen mijn ogen alle kanten uit laten rollen. Wist ik wat je kon verwachten. Misschien de buurvrouw? Maar nee, die had ik net aan de voorkant weg zien gaan, boodschappen doen. Wie of wat dan? En weer hoorde ik duidelijk  ''Hé, hallo, psst kom eens hier, psst,hé jij met die bril op.”

 

 Nou werd het helemaal te gek. Dus duidelijk werd ik bedoeld, want ik was degene met een bril, mijn kat Charley had er geen een, da's iets wat ik dus zeker wist.

Voorzichtig stond ik op en liep op het geluid af. Bij de vijver aangekomen stond ik stil en hoorde niets meer, totdat.....''hé pssst, ik zit hier'' en onder de waterlelie kwam het hoofd van een kikker naar boven. Ik schrok me rot, een kikker die praatte? Een kikker die mij riep? Alles goed met mijzelf bedacht ik ongerust over mijn geestelijke vermogens.

''Hé blinde, hier, zit ik je ziet me toch wel" en de kikker sprong direct daarop op het lelieblad. Het water in de vijver maakte rondjes rondom het blad. Ik schrok me rot  dacht dat ik droomde. En het feit dat ik bang voor kikkers ben maakte de zaak er niet echt beter op. ''Hé, vieroog, kom eens wat dichterbij"' sprak nu de kikker een beetje bazig.

 

 Ja goedendag, misschien wilde hij dat ik hem of haar nog een kusje zou geven.  Ammenooitenneverniet, de garoetjes. En dat schelden stond mij ook niet aan. Maar buiten alles ik stond hier wel met een pratende kikker midden in mijn tuin. Het zweet brak mij uit.

''He' luister effe, kun jij niet eens.”

 En voor ik het in de gaten had viel ik de kikker in de rede.  

''Hé, dat zeg je tegen een paard, ik heb een naam hoor.”

''Ja, maar als jij jezelf niet voorstelt is het moeilijk zomaar iets te roepen niet, ik kan je toch niet roepen als Oehoe juffertje!!'', trouwens ik ben Froggie en zoals jij moet weten, heb jij mij die naam drie jaar geleden nog gegeven, weet je dat nog?”

 

Het zweet brak mij aan alle kanten uit, was dit de kikker die ik uit Charley's pootjes vandaan had gehaald, was dit de kikker die een lam pootje eraan over had gehouden? Ik werd even niet goed,. begreep nog steeds niet dat ik hier tegen een kikker stond te praten. Een beetje benauwd keek ik omhoog naar de ramen van de buren, links en rechts, want wat moesten zij wel niet denken als ik stond te praten tegen een waterput genaamd vijver? Want van die afstand was een kikker nooit te zien natuurlijk. Had ik weer. Maar gelukkig geen buurtje kijkuit...

De kikker begon verder te praten, die had natuurlijk de hele winter zijn kakel moeten houden en nu  knalde hij er op los. Alleen begreep ik niet van mezelf dat ik als een zombie bleef luisteren. Ik werd echt bang..

 

''Nog nooit een pratende kikker gehoord?” vroeg hij mij. Ik knikte heel dom, durfde niks meer te zeggen.

''Oké, maar dit doe ik maar eenmalig hoor, het is dat jij mij ooit redde van die rotkater van jullie...''Ik onderbrak heb boos.

 ''Charley is toevallig een lieve kater, wat weet jij daar nou van''  en tegelijk was ik stil.

 

Charley had Froggie bijna het leven uitgeslagen met zijn pootjes, dus hoe haalde ik het in mijn hoofd om Charley  te verdedigen. Hij vervolgde zijn verhaal met de mededeling dat hij vriendjes wilde worden met Charley maar dat ik er dan wel bij moest blijven, zodat hij af en toe een lekker badje kon nemen, zonder dat die harige pleeborstel ( dat zegt een gladjanus van een stuk zeep genaamd kikker) zijn poten eruit probeerde te rukken. Dat was zijn enige wens.

''Oké, ik zal hier blijven als jij in de vijver zit en als Charley toevallig ook buiten is zal ik hem bij je proberen weg te houden, afgesproken dan.”

 

 Tja, wat moest ik anders zeggen. Ik stond hier als een Mien met de korte achternaam te tokkelen met een kikker op een lelieblad bij mijn eigen vijver. Kon het nog gekker? Ja hoor....dat kon.

''En o ja mijn naam is Beppie, zodat je mij voortaan bij mijn eigen naam kunt roepen" meldde ik hem nog, liep terug naar mijn bankje, waar mijn koffie ondertussen koud was geworden. Ik schudde meewarrig mijn hoofd, ik had mijzelf voorgesteld aan een kikker die al jaren onze vijver indook en Charley tot wanhoop dreef met zijn gezwem . Charley kon alleen maar naar het water kijken en was als de dood om in de vijver te kukelen.En die kikker vroeg om een vredesoffensief van mijn kant?

 

Ik ging zitten en zag dat Charley zich lui uitrekte en traag op mij afkwam, hij nam een sprong en belandde naast mij op het bankje, terwijl hij de kom met koffie eraf gooide met zijn dikke togus.

''Kijk toch eens......Ik schrok, en wreef in mijn ogen. Ik was in slaap gevallen, dacht ik. Door de gevallen mok koffie schrok ik natuurlijk wakker en Charley lag nog heerlijk onder de varen te pitten. Ik keek snel naar de vijver, alles in het water was rustig. Toch stond ik op en liep er heen, niet helemaal gerust. Had ik het echt gedroomd?

 

Ik keek in het stille water en ineens kwamen er bubbeltjes omhoog, alsof iemand bellen aan het blazen was in de vijver. ''Ach, zeker een watervlo of vlieg, weet ik het''  mompelde ik en wilde mij net omdraaien toen ik hem of haar zag. Froggie zwaaide naar mij en gaf mij een knipoog. Gillend rende ik naar binnen, een verbaasd wakkere Charley alleen in de tuin achterlatend. Die mocht mijn Kloris  later wel op gaan halen...

©leny kruis

Mei 2011

RUKKEN EN TREKKEN

 

 

 

Mijn vrouw en ik zijn allebei nogal druk in de slaap, altijd in de weer met lachen, elkaar van alles vertellen tijdens de slaap. En later als we dan wakker zijn, een soort van reconstructie van een zeer drukke nacht herbeleven. Met de nodige lachers natuurlijk.

Maar het wordt anders als jouw vrouw een lekkere drukke droom heeft, die jou persoonlijk zo raakt dat zij jou het bed uitduwt. Zal het even goed uitleggen.

Ik ben dus rugpatiënte en moet met de regelmaat van de klok het bed uitgeduwd worden door mijn vrouw, als het mij niet lukt om op eigen sterkte rechtop te gaan zitten. Zij is dat inmiddels zo gewend, dat ze het zelfs in haar slaap doet.Dus toen ik eens op een nacht een slok spa wilde drinken uit mijn flesje dat op het nachtkastje stond wilde ik eerst rechtop gaan zitten.

Dat lukte me aardig en terwijl ik met pijn en moeite rechtop wilde gaan zitten, voelde ik ineens de handen van mijn vrouw op mijn rug. Zij duwde en duwde, ik riep dat ik al rechtop zat. Maar in haar droom had zij het nog zo druk met op mijn rug te duwen  dat ik haast naast mijn bed lag. Ik gaf tegengas en riep “Claudy ik hoef er niet uit hoor!” Maar tevergeefs, zij bleef aan de winnende hand en voor ik het wist stond ik om vier uur in de ochtend naast mijn bed. Woest dat wel.

Want wat moest ik zo vroeg op er bleef mij niets anders over dan weer in bed te gaan liggen, maar niet voordat ik een slok water had genomen. Het duurde nog heel lang voordat ik weer in slaap kwam. Mijn vrouw is een zeer hulpvaardig type, maar soms kan ik haar wel kelen en vooral op die momenten dat ik haast omval van de slaap. Bovenstaand geval was dus zo een verdrukking van agressie naar mijn vrouw toe. Maar ik hou wel van haar hoor.

 ©leny kruis